Skip to main content

Het is niet ongebruikelijk dat twee mensen met elk een eigen Holding bestuurder gezamenlijk bestuurder zijn in een BV. Het is eveneens niet ongebruikelijk dat er onenigheid ontstaat met betrekking tot het beleid. Er kunnen verschillen van inzicht zijn over investeringen, dividend uitkeringen, uitbreidingsplannen en wat dies meer zij.

Dat kan helaas zo hoog oplopen, dat de ene bestuurder de ander wil schorsen. Hoe gaat dat in zijn werk en waar moet rekening mee gehouden worden?

De procedure

Uitgangspunt voor de schorsing is het ernstig tekort schieten in de wettelijke en statutaire taken als bestuurder. Dat dient aangetoond te worden. Tevens dient de bestuurder aantoonbaar elk bestuursoverleg te mijden, dan wel te weigeren. De aantijging van wanbeleid dient stevig onderbouwd te worden.

Normaliter dient een dergelijke zaak voor de Ondernemingskamer. Daar is de expertise opgebouwd om een dergelijk geschil te kunnen beoordelen.

In uitzonderlijke gevallen kan gekozen worden voor een gang naar de Voorzieningenrechter als onderbouwd kan worden dat er een spoedeisend belang is.

Conclusie

Een bestuurder wordt niet eenvoudig geschorst. Onderbouwing van zo’n verzoek bij de rechter vraagt veel harde documentatie en dan nog kan een rechter oordelen dat er geen sprake is van wanbeleid.

Het kan derhalve aanbevelingswaardig bij een dergelijk hoog oplopend conflict een neutrale derde persoon in te schakelen om te zien of er toch een werkbare situatie kan ontstaan.

Wij kunnen dat voor u regelen en zo veel schade aan de onderneming voorkomen.