Nadeelcompensatie corona
Om de uitbraak van het coronavirus te bestrijden heeft de overheid de afgelopen maanden vergaande maatregelen getroffen. Veel ondernemers worden door deze maatregelen ontzettend hard geraakt. Horecabedrijven en sportscholen moesten de deuren sluiten en ook veel andere ondernemers zagen als gevolg van deze maatregelen de omzet enorm dalen. Schadevergoeding hiervoor kan echter alleen verkregen worden indien aangetoond kan worden dat het om onrechtmatig overheidshandelen gaat. Er is echter ook een mogelijkheid om een vergoeding te krijgen voor rechtmatig overheidshandelen; namelijk het verkrijgen van nadeelcompensatie. Het is zeker niet ondenkbaar dat dit leerstuk voor bepaalde getroffen groepen een uitweg biedt.
Wat is nadeelcompensatie?
Nadeelcompensatie is een vergoeding voor schade die is ontstaan door rechtmatig overheidsoptreden. Denk bijvoorbeeld aan het rechtmatig besluiten tot het intrekken van een evenementenvergunning of een noodverordening die maakt dat uw onderneming de deuren moet sluiten. De schade waarvoor u nadeelcompensatie vraagt moet ontstaan zijn door dit rechtmatige overheidshandelen; kiest een onderneming er zelf voor om zijn of haar deuren te sluiten, dan is het ontvangen van nadeelcompensatie dus uitgesloten.
Voorwaarden nadeelcompensatie
Er zijn een aantal vereisten waaraan voldaan moet zijn om succesvol nadeelcompensatie te verkrijgen:
- Er moet sprake zijn van een causaal verband tussen de schade en het overheidshandelen;
- Deze schade moet niet voorzienbaar zijn geweest en uitstijgen boven het normaal maatschappelijk risico of het normale ondernemersrisico;
- De schade moet onevenredig zijn; de ondernemer wordt door de maatregel onevenredig zwaar getroffen in vergelijking tot anderen in een vergelijkbare positie (speciale last);
- Er is geen sprake van risicoaanvaarding;
- De schade wordt niet op een andere wijze vergoed (bijvoorbeeld door een verzekeraar).
Vormt het vereiste van onevenredigheid een probleem?
Om als getroffen ondernemer nadeelcompensatie te kunnen verkrijgen zal met name het vereiste van de speciale last een struikelblok kunnen vormen. Nu de maatregelen in principe generiek zijn, zal het lastig zijn om aan te tonen dat een specifieke ondernemer onevenredig zwaar getroffen is in vergelijking tot anderen in een vergelijkbare positie. Toch is het zeker niet ondenkbaar dat in bepaalde gevallen aangetoond kan worden dat een ondernemer of een bepaalde groep ondernemers onevenredig zwaar getroffen wordt. Forsyte verdiept zich momenteel in deze gevallen. Hierover volgt later meer.